Plaatsen > Dilsen-Stokkem
Maascentrum De Wissen
Toeristen kunnen gebruikmaken van zogenaamde “fluisterboten” om in alle stilte van de fauna en flora van de oude Maasarmen te genieten. Fluisterboten zijn elektrisch aangedreven bootjes die geruisloos over het water bewegen. Na een tocht van 45 minuten kunnen toeristen aanleggen aan de steiger van het natuurgebied Kerkeweerd om vervolgens een fluisterwandeling onder leiding van een gids te maken. Die loopt langs de Maas tot aan het veer Berg-Meeswijk. Het startpunt voor de tochten met de fluisterboten ligt in het Maascentrum De Wissen in Dilsen-Stokkem. Er vertrekken dagelijks twee tochten met de fluisterboten, om 9.30 uur en om 13.30 uur. Ter indicatie: De huur voor de fluisterboten per bootje waren in 2007 25,00 euro (max. 6 personen/boot). Reserveren is wel noodzakelijk op het nummer 089 75 21 71.
Nationaal Park Hoge Kempen
Nationaal Park Hoge Kempen is bijna 6.000 hectare groot en ligt binnen de zeshoek Dilsen-Stokkem, Maasmechelen, Zutendaal, Lanaken, Genk en As. Deze enorme groene long is de thuis van flink wat zeldzame en bijzondere dieren, planten en bomen. Maak kennis met de mierenleeuw, de bijenwolf en het heideblauwtje.
Wandelen, fietsen, paardrijden: je kan er uiteraard op eigen houtje op uit trekken, maar dan zie je maar de helft van al het fraais dat de Hoge Kempen te bieden hebben. Boeiender is op stap te gaan met een echte ‘ranger’, die de natuurliefhebber overstelpt met weetjes over dit brok unieke natuur. Er zijn 42 ‘rangers’ in het Nationaal Park Hoge Kempen, stuk voor stuk vrijwilligers met één passie: natuur in al haar facetten. Zij hebben een intensieve opleiding achter de rug, er zitten biologen, ornitologen en geologen tussen.
In de maanden augustus en september is de heide op haar mooist. Dan ziet het landschap er uit als een grote golvende zee van paars. De Mechelse Heide is vermaard om haar formidabele vergezichten. Vanaf het hoogste punt, amper 104 meter, tuur je tot in Roermond, Maastricht en Aken.
Er zijn 32 wandelingen uitgestippeld over 180 km wandelpaden en met 160 geasfalteerde fietspaden. Aan aparte ruiterpaden wordt nog gewerkt. Mountainbiken wordt ontraden door middel van gevlochten houten toegangsmuren. Door het nationaal park snijdt de drukke E314. Het ‘ecoduct’ zorgt er voor dat dieren veilig de autoweg kunnen oversteken.
Uitgestrekte dennen- en sparrenbossen wisselen af met heide en andere open ruimten. De winter- en zomereik vind je hier broederlijk naast elkaar, maar ook de zeldzame jeneverbes, die er uitziet als een Toscaanse cipres. Grote waterplassen glinsteren waar vroeger zand en grind werd gewonnen.
Het nationaal park is het habitat van flink wat zeldzame dier-en plantensoorten. Had u gedacht dat in het volgebouwde Vlaanderen nog heikikkers, rugstreeppadden en levendbarende hagedissen voorkwamen? Hier zitten zelfs slangen. De gladde slang kan tot 80 cm groot zijn, maar is voor de rest ongevaarlijk. Ook zijn er reeën, vossen en hermelijnen gezien. Naast al deze grotere dieren zijn er diverse vlinder- en vogelsoorten die alleen hier nog voorkomen.