Plaatsen > Brugge
Brugge is met haar pittoreske straatjes, kronkelende kanaaltjes maar ook de hedendaagse architectuurprojecten een absolute must.
De geschiedenis van Brugge begint zowat 2000 jaar geleden. Op het grondgebied van de stad bevond zich toen een Gallo-Romeinse nederzetting. De bewoners deden niet alleen aan landbouw, ze voerden ook handel met Engeland en de rest van Gallië. Rond 270 vielen de Germanen voor het eerst de Vlaamse kustvlakte aan. Waarschijnlijk hielden de Romeinen hier op het einde van de derde eeuw en gedurende de vierde eeuw nog een militaire versterking in stand. Daardoor is het goed mogelijk dat Brugge bewoond bleef in de overgangsperiode naar de vroege middeleeuwen. Toen de heilige Eligius rond 650 in onze streek het christendom kwam uitdragen was Brugge wellicht de versterkte hoofdplaats voor de Vlaamse kuststreek.
De witte zwanen zijn een symbool in Brugge. Ze vormen nog altijd het bewijs van een straf door de Oostenrijkse aartshertog Maximiliaan Van Oostenrijk, echtgenoot van Maria van Bourgondië. De Bruggelingen kwamen ooit tegen hem in opstand en namen hem gevangen in een huis op de Markt. Voor zijn ogen werd zijn vertrouwensman Pieter Lanchals onthoofd. Hij moest in dienst van de aartshertog belastingen innen. Toen Maximiliaan van Oostenrijk vrij kwam, legde hij de stad als straf op om, ter herinnering aan hun wandaden, voor eeuwig zwanen te houden.
Brugge onderging passief de revolutieperiode van 1789 tot 1830. De eerste industriële revolutie heeft de stad nauwelijks beroerd. Rond 1850 was Brugge de armste stad van het land. De burgerij sprak Frans, het ongeletterde volk kende alleen zijn plaatselijk dialect. Het openbare leven was tot 1885 volledig verfranst. Toch was Guido Gezelle (1830-1899), de belangrijkste Nederlandstalige dichter uit de negentiende eeuw, een Bruggeling. In de Europese literatuur werd Brugge beroemd door de Franstalige roman “Bruges la Morte” van Georges Rodenbach (1892). Het boek beschrijft Brugge als een ingeslapen, dode maar mysterieuze stad.
Toen “Bruges la Morte” verscheen was Brugge net met enkele nieuwe ambitieuze projecten begonnen. De nieuwe zeehaven, ingewijd in 1907 in Zeebrugge, kwam pas volop tot bloei in het laatste kwart van de twintigste eeuw. Sinds het einde van de negentiende eeuw kreeg Brugge ook een Europese faam als kunststad en toeristisch centrum. De Brugse monumenten, musea en vooral het ongerepte historisch stadslandschap zijn jaarlijks een unieke trekpleister voor miljoenen bezoekers. De haven van Zeebrugge en het cultuurhistorisch patrimonium van Brugge geven aan de stad een Europese en internationale dimensie.
Bezienswaardigheden
Een dagje uit naar het familiepark Dolfinarium Brugge is echt een avontuurlijke gebeurtenis. Dankzij de reuze doorkijkwand kun je de dolfijnen en zeeleeuwen ook onder water bewonderen. Aan het zeehondeneiland kun je de zeehondjes de hele dag door volgen. De verzorgers vertellen je er alles over. Nieuw is de adembenemende roofvogelpresentatie. Je maakt van heel dichtbij kennis met arenden, gieren, uilen, buizerds en valken.
Je krijgt ongetwijfeld de kriebels in de buik op de Orca Ride, een roetsjbaan met een snelle duik naar de donkere dieptes van de zee. Of trotseer de ruwe golven van op de Sancta Maria, een levensecht piratenschip. Voor de “kids” heeft het Dolfinarium-Brugge een supercool speelparadijs, met ballenbad, bruggetjes, klimrekken, glijbanen
Voor de allerkleinsten is er Bambinoland, een speeltuin waar het jonge volkje veilig zijn hartje kan ophalen.
Het Begijnhof is als landschap beschermd sinds 1939. In december 1998 werd het geklasseerd als Werelderfgoed. Het Monasterium van de Wijngaard heeft het Begijnhof in erfpacht van de gemeente die eigenaar is. In 2006 werd de bestrating opnieuw gelegd hetgeen het wandelen op de Begijnhof aangenamer moet maken. Er werd een traditioneel pad in grote keien en een pad in platinen of kleine kasseien aangelegd.
Museum voor Vlaamse frieten
Is friet een Belgische uitvinding? Wat is het geheim van goed gebakken patat? Waar komt de aardappel oorspronkelijk vandaan? De antwoorden op deze vragen zijn sinds 1 mei 2008 te vinden in het eerste frietmuseum ter wereld, in Brugge.
Het museum informeert zijn bezoekers niet alleen over de friet zelf, maar ook over sauzen en gehaktballen. Aan het eind van het bezoek mogen de echte Vlaamse frieten natuurlijk worden geproefd. Het museum heeft ook een eigen website: www.frietmuseum.be